Dubbele distributie is een situatie waarbij een leverancier goederen of diensten zowel rechtstreeks als via onafhankelijke distributeurs verkoopt, waardoor deze op de downstream markt concurreert met deze onafhankelijke distributeurs. Een klassiek voorbeeld zou de fabrikant van een kledingmerk zijn die deze kleding in zijn eigen winkels verkoopt, maar ook afhankelijk is van onafhankelijke retailers om de kleding in hun winkels te verkopen.
Dubbele distributie is zeker geen nieuw fenomeen. Al in 2010 werd het toegepast door fabrikanten om verschillende redenen. Om een voorbeeld te stellen voor hun onafhankelijke distributeurs in zogenaamde "flagship stores", om meer keuze te bieden aan de eindklanten, etc. In het afgelopen decennium is dubbele distributie echter steeds belangrijker geworden door de significante toename van online verkoop.
Het toegenomen gebruik van dubbele distributie heeft ertoe geleid dat de Europese Commissie onderzoekt of het bestaande juridische kader nog aangepast is aan de veranderde marktomstandigheden. Het heeft er echter ook toe geleid dat belanghebbenden hebben gewezen op bepaalde tekortkomingen van het wettelijk kader. Deze aftelling bespreekt de uitwisseling van informatie in het kader van dubbele distributie.
De uitwisseling van informatie tussen leverancier en koper is onmisbaar voor de juiste uitvoering van een verticale overeenkomst en deze uitwisseling valt onder de VBER als de verticale overeenkomst zelf profiteert van de 'safe harbour' van de VBER.
Volgens artikel 2(4), eerste zin, VBER, profiteren verticale overeenkomsten tussen concurrenten niet van de 'safe harbour'. Alleen bepaalde gevallen van dubbele distributie doen dat. Met andere woorden, volgens artikel 2(4), tweede zin, profiteren niet-wederkerige verticale overeenkomsten van de blokvrijstelling indien de leverancier een fabrikant en distributeur van goederen is, of een dienstverlener op verschillende handelsniveaus, terwijl de koper een distributeur is, geen fabrikant, of zijn goederen en diensten op de detailhandelsniveau aanbiedt en geen concurrent is op het handelsniveau waar hij de contractdiensten aankoopt.
De ontwerptekst van de nieuwe VBER stelt dat de uitwisseling van informatie in dubbele distributie niet zal worden vrijgesteld indien de partijen een gezamenlijk marktaandeel hebben dat meer dan 10% vormt van de relevante markt op detailhandelsniveau. In dit geval wordt de uitwisseling van informatie beoordeeld onder de Horizontale Richtlijnen (artikel 2(5) ontwerptekst VBER).
Het uitwisselen van informatie in het kader van dubbele distributie die geen gebruik maakt van de uitzondering moet individueel worden beoordeeld onder Artikel 101 VWEU. Andere bepalingen van de verticale overeenkomst kunnen echter nog steeds profiteren van de uitzondering.
De bijstelling van het thema uitwisseling van informatie in dubbele distributie is te verwelkomen. De Europese Commissie heeft echter zorgen dat een scenario voor dubbele distributie kan leiden tot "valse positieven". De introductie van een extra marktaandeellimiet is geen passende manier om deze zorg aan te pakken.
We tellen af naar 1 juni 2022 en streven ernaar om u regelmatig updates en de nodige juridische kennis te bieden om uw bedrijf volledig voor te bereiden op de toekomst. Bekijk ook het Distributierechtcentrum platform en onze LinkedIn pagina voor nog veel meer informatie over de wetten die van toepassing zijn op verticale overeenkomsten, zowel op het gebied van concurrentie- als handelsrecht.