Het Hof wijst erop dat, volgens de vaststellingen van het Gerecht, de Commissie in de mededeling van punten van bezwaar geen enkel aanvullend element heeft aangedragen ten bewijze dat Ballast Nedam NV en BNGW één enkele onderneming vormden, en dat de mededeling van punten van bezwaar dienaangaande duidelijker had kunnen worden geformuleerd. Het stelt vast dat het Gerecht evenwel heeft geoordeeld dat deze onduidelijkheid in de mededeling van punten van bezwaar niet volstaat om aan te nemen dat de Commissie niet duidelijk heeft aangegeven dat zij van plan was toepassing te geven aan het vermoeden dat Ballast Nedam NV daadwerkelijk beslissende invloed heeft uitgeoefend op het commerciële gedrag van BN Infra en BNGW. Volgens het Hof heeft het Gerecht echter blijk heeft gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door te oordelen dat de rechten van verdediging van Ballast Nedam NV niet zijn geschonden. De Commissie moet in de mededeling van punten van bezwaar immers vermelden in welke hoedanigheid een onderneming de gestelde feiten worden verweten. De dubbelzinnigheid van de bewoordingen van de mededeling van punten van bezwaar wordt trouwens nog versterkt door het feit dat aan BNGW geen mededeling van punten van bezwaar is gericht.Het komt er bij de hoofdelijke aansprakelijkheid van moedermaatschappijen dus (tevens) op neer goed de Statement of Objections – de mededelingen van punten van bezwaar – door te lezen. Het formele punt van dubbelzinnigheid, zoals door het Hof omschreven, kan ertoe leiden dat een (directe of indirecte) moedermaatschappij ontkomt aan hoofdelijke aansprakelijkheid voor kartelinbreuken begaan door hun dochters. De financiële, bedrijfseconomische en andere voordelen daarvan kunnen groot zijn. Meer weten? Voer vrijblijvend overleg met Adriaan Buyserd ( mail, LinkedIn, website)
Op de hoogte blijven?
Download hier onze eBooks en nieuwsbrieven.