Skip to Content

Let op: zijn uw algemene voorwaarden wel houdbaar?

Blogs Cassatie Marc Janssen

Wat zijn algemene voorwaarden?

Een partij die vaak dezelfde (soort) overeenkomsten sluit, hanteert bijna altijd algemene voorwaarden. Een algemene voorwaarde is een beding dat is opgesteld met als doel in meerdere overeenkomsten te worden opgenomen en dat niet de kern van de prestatie (meestal prijs en hoeveelheid) aangeeft. Of een beding een algemene voorwaarde is, hangt dus af van de inhoud van het beding en de bedoeling van gebruiker. De benaming is dan ook niet relevant (‘substance over form’). Wanneer een partij vaak dezelfde overeenkomst gebruikt, kan er dus ook al sprake zijn van algemene voorwaarden.

Inhoud algemene voorwaarden

Als is vastgesteld dat de algemene voorwaarden onderdeel uitmaken van de afspraken tussen partijen, dan kan vervolgens worden gekeken naar de inhoud daarvan. Een veel voorkomende bepaling in algemene voorwaarden betreft de zogenoemde overmachtsclausule. De hoofdregel is dat de tussen partijen gemaakte afspraken moeten worden nagekomen. Overmacht houdt kort gezegd in dat wanneer er sprake is van een tekortkoming in de nakoming van de gemaakte afspraken deze niet aan de tekortkomende partij kan worden toegerekend. Van de partij die een beroep doet op overmacht kan in beginsel geen nakoming worden verlangd. Een andere veelvoorkomende bepaling is het uitsluiten of beperken van een verplichting tot het vergoeden van schade. Dit noemen we de exoneratieclausule.

Vernietigbaarheid algemene voorwaarden

Een beding in algemene voorwaarden is vernietigbaar indien het, gelet op de aard en de overige inhoud van de overeenkomst, de wijze waarop de voorwaarden zijn tot stand gekomen, de wederzijds kenbare belangen van partijen en de overige omstandigheden van het geval, onredelijk bezwarend is voor de wederpartij. Tot de omstandigheden die van belang zijn, behoren de hoedanigheid van partijen, hun maatschappelijke positie, hun onderlinge verhouding en hun deskundigheid. Voor overeenkomsten met een wederpartij, natuurlijk persoon, die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf (hierna: een consument) bevat de wet een lijst van bedingen die geacht worden onredelijk bezwarend te zijn (de ‘zwarte lijst’) en een lijst van bedingen die vermoed worden onredelijk bezwarend te zijn (de ‘grijze lijst’). Hoewel de zwarte en de grijze lijst betrekking hebben op overeenkomsten met consumenten, kan ook indien de wederpartij geen consument is, van belang zijn dat een beding in algemene voorwaarden voorkomt op een van deze lijsten, bij de beoordeling of dit beding onredelijk bezwarend is voor die wederpartij. Indien een kleine rechtspersoon die zich materieel niet van een consument onderscheidt, met een beding op de zwarte of de grijze lijst wordt geconfronteerd, is reflexwerking mogelijk. Hoewel is gedacht aan rechtspersonen die geen beroep of bedrijf uitoefenen, is reflexwerking ook in andere gevallen mogelijk, bijvoorbeeld indien de wederpartij een overeenkomst weliswaar in de uitoefening van haar beroep of bedrijf heeft gesloten, maar deze overeenkomst geen betrekking heeft op de eigenlijke beroeps- of bedrijfsactiviteiten. Er kunnen zich dus gevallen voordoen waarin de wederpartij weliswaar geen consument is, maar haar positie grote gelijkenis vertoont met die van een consument. In die gevallen kan de omstandigheid dat het beding voorkomt op de zwarte of de grijze lijst worden betrokken bij de beoordeling of het beding voor die wederpartij onredelijk bezwarend is.

Recente uitspraak van de Hoge Raad

Het hoogste civielrechtelijke rechtscollege, de Hoge Raad, oordeelde recent over deze kwestie. Het ging over de vraag of het Adviesbureau aansprakelijk is voor tekortschieten bij de advisering over een door Hibma Zuivel c.s. aan een derde verstrekte geldlening en de vestiging van zekerheden in dat verband. In het bijzonder is aan de orde of Hibma Zuivel c.s. tijdig hebben geklaagd over het tekortschieten van het adviesbureau. Artikel 11 over “onderzoek, reclames” van de toepasselijke algemene voorwaarden van het Adviesbureau luidt: “1. Klachten over de verrichte werkzaamheden dienen door de opdrachtgever binnen 8 dagen na ontdekking, doch uiterlijk binnen 14 dagen na voltooiing van de betreffende werkzaamheden schriftelijk te worden gemeld aan gebruiker. De ingebrekestelling dient een zo gedetailleerd mogelijke omschrijving van de tekortkoming te bevatten, zodat gebruiker in staat is adequaat te reageren.(…)”. Het hof heeft geoordeeld dat het hier gaat om een subsidieverwervingsovereenkomst met financiële begeleiding. Hibma c.s. waren geen consument, maar hadden met hun kaas- en zuivelbedrijf geen kennis van of ervaring met zo’n ingewikkelde financiële materie, waarvoor zij nu juist het Adviesbureau hadden ingeschakeld (en waaronder ook was begrepen het tijdig afdoende zekerheden stellen althans het adviseren daarover). Hibma c.s. hebben dit artikel 11 lid 1 volgens het hof dan ook terecht als onredelijk bezwarend vernietigd. De Hoge Raad oordeelt dat het hof voor zijn oordeel dat het beding onredelijk bezwarend is, vooral gewicht heeft toegekend aan de aard van de onderneming van Hibma Zuivel c.s. en het gebrek aan kennis en ervaring van Hibma Zuivel c.s. met de materie waarop de overeenkomst betrekking had en dat het hof niet beslissend heeft geacht of het beding ten opzichte van een consument aangemerkt wordt als onredelijk bezwarend dan wel slechts vermoed wordt onredelijk bezwarend te zijn. Dat mocht het hof volgens de Hoge Raad doen.

Advies voor de praktijk

Het is belangrijk tijdig advies in te winnen over uw rechtspositie als u uw algemene voorwaarden wil toepassen en/of u juist de algemene voorwaarden van uw wederpartij “buiten de deur” wilt houden. Ook helpen wij u graag bij het opstellen en beoordelen van uw algemene voorwaarden of die van uw wederpartij.   Heeft u vragen naar aanleiding van deze blog of heeft u andere ondernemingsrechtelijke vragen, neemt u dan gerust vrijblijvend contact op met Marc Janssen of één van de andere leden van de sectie Ondernemingsrecht.    
Marc Janssen