Art. 64 AWR; op basis van een convenant aan de exploitant van een caravanpark opgelegde aanslag voor het totale bedrag aan forensenbelasting inzake ter beschikking hebben van alle op dat terrein geplaatste gemeubileerde woningen i.d.z.v. art. 223 Gem.w. Geen onjuiste rechtsopvatting in het oordeel dat art. 64 AWR de bevoegdheid meebrengt een materiƫle belastingschuld op andere wijze vast te stellen dan in de heffingswet voorzien.
ECLI:NL:HR:2017:1608, Hoge Raad, 16/00496
Klik hier voor de volledige uitspraak.