Een handelsovereenkomst is een overeenkomst om baat die een of meer van de partijen verplicht iets te geven of te doen en die tot stand is gekomen tussen een of meer natuurlijke personen die handelen in de uitoefening van een beroep of bedrijf of rechtspersonen”. Indien partijen bij een handelsovereenkomst geen uiterste dag van betaling zijn overeengekomen, dan is de wettelijke handelsrente van rechtswege verschuldigd (artikel 6:119a lid 1 BW/artikel 6:119b lid 1 BW):
Met de woorden “van rechtswege” wordt bedoeld dat het niet nodig is om een aanmaning of ingebrekestelling te versturen: de rente is verschuldigd zodra één van de hierboven omschreven termijnen is verlopen.
Het voorgaande geldt zowel voor overeenkomsten in de private sector (artikel 6:119a BW) als voor overeenkomsten met overheidsinstanties (artikel 6:119b BW). In beide gevallen is de verschuldigde wettelijke handelsrente gelijk aan “de herfinancieringrente die door de Europese Centrale Bank is vastgesteld voor de meest recente basisherfinanciering die heeft plaatsgevonden voor de eerste kalenderdag van het betreffende halfjaar, vermeerderd met acht procentpunten” (artikel 6:120 lid 2 BW). De wettelijke handelsrente bedraagt op dit moment 8,15%. Via websites als www.wettelijkerente.net en www.wettelijkerente.nl kunt u eenvoudig de rente berekenen die uw schuldenaar verschuldigd is.
Heeft u geen afspraken gemaakt met uw wederpartij (niet-consument) over de verschuldigdheid en/of de hoogte van de rente bij niet of niet-tijdige nakoming, maar vloeit de vordering voort uit een handelsovereenkomst, dan kunt u dus toch een rente van 8,15% in rekening brengen.